Kyoto, Osaka en de Japanse Alpen in september door Janine (deel 1)
Dag 1 Den Haag – Amsterdam – Osaka
Ik ben al een tijd lang aan het aftellen naar dinsdag 3 september. Eindelijk is het zo ver! Vandaag vlieg ik naar Japan waar ik de komende tien dagen een rondreis ga maken – een gevarieerde reis met zowel grote steden als de alpen en platteland. Ik ben al langer ontzettend benieuwd naar Japan: ik heb in 2013 een jaar Japans gestudeerd en heb tijdens mijn studie Koreaans ook colleges over Japanse geschiedenis gevolgd. Vooral moderne Japanse geschiedenis vind ik super interessant. Ik ben heel benieuwd naar de overeenkomsten en verschillen tussen Korea – waar ik zeven maanden heb gewoond – en Japan. Mijn Japans is wat beperkt, maar goed genoeg om een simpel gesprek te voeren.
Ik vlieg zowel heen als terug rechtstreeks met KLM. Op beide vluchten heb ik (gelukkig!) een stoel bij de nooduitgang kunnen regelen, want met mijn 182cm is beenruimte op lange afstandsvluchten wel een ding. Op Schiphol haal ik mijn bestelling op: ik heb Japans geld besteld. Dat gaat vlot. Ook mijn koffer ben ik snel kwijt. De douanecontrole gaat helaas een stuk minder vlot: er staat letterlijk een rij van hier naar Tokyo. Gelukkig ben ik zo verstandig om op tijd naar de douane te gaan, want ik ben er al met al bijna een uur kwijt. Ik heb nog even tijd om een kop koffie te bestellen en nog even te niksen voor mijn vlucht van 14:45 uur. Het vliegtuig is op tijd. Mijn vlucht duurt ongeveer 11 uur. Onderweg vermaak ik me prima, maar slapen lukt me niet. Ik kijk drie Koreaanse films. Rond 12 uur ’s nachts Nederlandse tijd krijgen we het ontbijt geserveerd. Het tijdverschil is zeven uur. Ik land om 2 uur ’s nachts Nederlandse tijd – 9 uur ’s ochtends in Japan.
Dag 2 Osaka – Kyoto
Eenmaal aangekomen op Kansai international airport moet ik nog door de immigratie. Het immigratieformulier heb ik al eerder ingevuld in het vliegtuig. De immigratiemedewerker kijkt wat verward op als ik hem het formulier overhandig. ‘’Business AND sightseeing?’’ – Ik leg uit dat ik hier inderdaad voor sightseeing én voor business ben. Hij kijkt nog steeds verontwaardigd, maar maakt er verder geen woorden meer aan vuil en ik krijg mijn paspoort terug. Ik heb als een van de eerste passagiers mijn koffer. Ik lever het andere formulier in bij de douane en loop door de deuren naar de Arrivals hal. Er staan een hele rij Japanners met bordjes met de namen van passagiers erop. Verwachtingsvol kijken ze me aan, maar ik moet bij de Yasaka balie zijn. Ik meld me bij de balie, waarop het nog een klein kwartiertje wachten is op mijn overige twee medereizigers. Als ik eenmaal met mijn koffer naar buiten loop voelt het alsof ik een sauna betreed. Het is dan wel september, maar in Japan is het nog warm – deze dag is het een graad of 30. De chauffeur zet me af bij het Ethnography Shinmonzen Hotel in Kyoto, een sfeervol boutique hotel wat ergens het midden houdt tussen Japans en Westers in de traditionele Gion wijk. De locatie is super! De vermoeidheid die ik in het busje voelde maakt plaats voor excitement. Rond half 12 arriveer ik in het hotel. De reismap die voor mijn reis op maat is gemaakt wordt aan me overhandigd. En ik heb geluk, want ik mag al om 12 uur de kamer op. Mijn kamer heeft een (groot!) bad waar ik met mijn 180 makkelijk in kan. Na een warm bad voel ik me een stuk beter. Tegen half 2 ga ik op stap met mijn Canon camera. Hoewel het comfortabele bed in mijn kamer erg aanlokkelijk is verzet ik me tegen de behoefte om op bed neer te ploffen: mijn tijd in Kyoto, waar zoveel te zien en doen is, is namelijk beperkt.
Ik maak een eerste verkennende wandeling door de buurt. Ik kom langs de Shirakawa rivier, een oase van rust. In enkele stegen hangen sfeervolle lampionnen. Al gauw merk ik dat het een ding is om verkleed in een yukata (traditionele Japanse kleding) door de stad te lopen. Kyoto is daar naar mijn mening ook bij uitstek geschikt voor. Ik passeer ontelbaar veel huisjes, tempels en tuinen die erin geslaagd zijn om de traditionele Japanse sfeer te behouden. Ik vraag twee jonge meiden (in het Japans!) of ik hen op de foto mag zetten, en dat vinden ze goed.
Later kom ik uit op de Shijodori, de winkelstraat, en plof ik neer in een café vlak naast de Yasaka shrine. De timing is perfect, want een paar minuten later slaat het weer om: het dondert en bliksemt. Ik maak van de gelegenheid gebruik om even te bellen met het thuisfront en even iets te eten. Een uur later miezert het alleen nog. Met mijn paraplu van de convenience store betreed ik de Yasaka shrine. Er heerst een soort calm after the storm en het getik van de regen op mijn paraplu is erg aangenaam. Ik loop van de Yasaka shrine richting de Kiyomizudera tempel. Onderweg stop ik (misschien iets te vaak) om foto’s te maken. Kyoto heeft veel fotogenieke straten en steegjes. De nabijgelegen gezellige straten van Sannenzaka en Ninenzaka zitten vol met leuke souvenirwinkels. Ik kan de verleiding dan ook niet weerstaan om op mijn eerste dag in Japan al souvenirs te kopen. Tevreden met mijn aankopen en foto’s van die dag slenter ik terug naar mijn hotel, want de vermoeidheid begint nu langzaam van me te winnen. Ondanks de lange vlucht, het gebrek aan slaap en het warme weer staat mijn stappenteller aan het einde van de dag toch op ruim 9 kilometer.
Dag 3 Kyoto – Arashiyama – Matsumoto
Ik heb geslapen als een roos. Iets na negenen check ik uit bij mijn hotel, want aan het einde van de dag word ik alweer in Matsumoto verwacht. De avond ervoor heb ik bij het dichtstbijzijnde metrostation een icoca kaart gekocht, een soort ov-chipkaart die geldig is voor alle metro’s en bussen, maar ook gebruikt kan worden in de supermarktjes om te betalen. Ook bepaalde winkels accepteren deze ov-chipkaart – superhandig! Ook heb ik de Windows to Japan app bij de hand. Aan de hand van het transportschema, dat door onze agent in Japan voor mijn reis op maat is gemaakt, reis ik met de metro naar het station van Kyoto. Hier laat ik mijn koffer achter in een kluis en bezoek ik de JR balie om de voucher van de Japan Rail Pass om te zetten in een échte pas. De pas is geldig op alle JR trajecten. Ik kan er dan ook mee reizen naar Arashiyama, waar ik om half 12 aankom. Het is weer een warme dag, maar dat mag de pret niet drukken. Arashiyama is bekend om meerdere highlights – het bamboebos is waarschijnlijk de meest bekende – maar de Tenryuji tempel (die tevens ook op de UNESCO-werelderfgoedlijst staat) staat bovenaan op mijn lijstje. Je kunt hier een kaartje kopen voor de tempel en/of de tuin. Ik koop een kaartje dat toegang geeft tot de tuin. De tuin grenst aan de tempel, dus de tempel is ook vanuit de tuin te bewonderen – maar andersom kun je vanuit de tempel niet wandelen door de groene, rustgevende tuin. De tempel komt uit op een enorm grote vijver die de kleuren van de verscheidene omringende bomen reflecteert. Het is een zeer fotogeniek plekje. De reiger die verderop bewegingsloos de omgeving staat te observeren maakt het plaatje helemaal af.
Ik volg het pad naast de vijver en kom uit in een groene omgeving. Hier loopt een smal pad naast een beekje. Het is hier heerlijk lopen: de vele bomen geven schaduw en het water dat door het beekje stroomt brengt een oase van rust met zich mee. Na mijn bezoek aan de Tenryuji tempel kan ik wederom niet de verleiding weerstaan om een paar winkels binnen te stappen. Er is een winkel die helemaal toegewijd is aan Nijntje producten, al heeft Nijntje in Japan wel een andere naam: Miffy. De winkel heeft werkelijk van alles: eetstokjes, kopjes, bordjes, bestek. In een andere winkel koop ik wat Japanse souvenirtjes. Dan is het tijd om te gaan lunchen. Ik loop een restaurant binnen dat vlak aan de fotogenieke Togetsu brug ligt. Ik bestel donkatsu, en hoewel het goed smaakt, krijg ik het niet op – ik vermoed door mijn jetlag. Als ik even later het restaurant verlaat voor een wandeling bij de Togetsu brug begint het te regenen; het begint met miezerregen, maar al snel komt het met bakken uit de hemel. Ik vlucht een supermarkt in. Daarna is het alweer tijd om terug te reizen naar Kyoto, want om 16:30 vertrekt mijn trein naar Nagoya. Mijn eerste rit met de Shinkansen! De trein doet me denken aan de Koreaanse KTX, die vergelijkbare snelheden haalt. In Nagoya stap ik over op de Express Trein, ook een prima trein. De laatste anderhalf uur zie ik helaas niks meer vanuit het raam, want iets na zessen is het al donker. Om kwart voor 8 kom ik aan in Matsumoto en een kwartiertje later ben ik in het Richmond Hotel. Ook hier heb ik een Westers tweepersoonsbed (helemaal voor mezelf!) en een bad.
Dag 4 Matsumoto – Iiyama – Mt. Madarao
Na een goed ontbijt laat ik mijn koffer achter in het Richmond Hotel om Matsumoto te gaan verkennen. Matsumoto is een klein, gemoedelijk plaatsje in de Japanse Alpen. Het Richmond Hotel ligt tussen het station van Matsumoto en het beroemde Zwarte Kraaienkasteel in. Het is maar 10 minuten lopen. Ik koop mijn kaartje en ga op verkenning. Het kasteel is ook van binnen te bewonderen. Vlak voor de ingang word ik enthousiast begroet door drie als samurai geklede mannen wiens werk het is om met toeristen op de foto te gaan en een kort praatje met hen te maken. Ik ben daar wel voor in. Ik moet bepaalde poses nadoen (lijkt nergens op) en bepaalde kreten roepen (ging volgens mij niet veel beter). Er wordt me uitgelegd wat het betekent, maar het is niet blijven hangen. Ook is er een gids die je gratis een Engelstalige rondleiding geeft.
Voor ik het kasteel betreed moet ik mijn schoenen uitdoen. Er wordt me een plastic zak overhandigd waar ik mijn schoenen in kan doen om deze vervolgens bij me te dragen. Het kasteel ligt er prachtig bij – omgeven door een grote tuin en bergen in de achtergrond. Het kasteel bestaat uit zes verdiepingen. Je wordt er continu aan herinnert dat dit kasteel gebouwd is met het doel om de vijand in de gaten te kunnen houden – en verdrijven. Er is goed nagedacht over de constructie. Hoe hoger je gaat, des te hoger de traptreden worden en des te smaller de trappen worden – dit allemaal om het de vijand zo lastig mogelijk te maken. Het is even een klim, maar het uitzicht loont zich. Op de zesde verdieping ga ik op de grond zitten om even uit te rusten en te genieten van het uitzicht. Ik maak een praatje met een man van in de 70. Hij heeft bijna heel zijn leven in Tokyo gewoond, en woont nu 4 jaar in Matsumoto waar hij de voorkeur aan zegt te geven. De sfeer in Matsumoto voelt gemoedelijker en persoonlijker aan dan in het grote Kyoto. Na mijn bezoek aan het kasteel ga ik lunchen. Ik bestel soba noodles, een lokale specialiteit. Ik neem koude noodles, want het is buiten warm. Na de lunch ga ik snel verder richting de Nawate straat, ook wel de ‘’Frog Street’’. Een van de winkeliers vertelt me het verhaal achter de Frog Street. Als je benieuwd bent – het is een lang verhaal – kijk dan hier: https://visitmatsumoto.com/en/history/whats-with-all-the-frogs/
Deze straat, ongeveer 200m lang, wordt gekenmerkt door allerlei kleinschalige, traditionele winkels. Ook in de nabijgelegen Nakamachi straat vind je leuke winkeltjes en cafés. Halverwege de middag moet ik helaas afscheid nemen van Matsumoto, want ik moet door met de trein naar Iiyama. Iiyama is de uitvalsbasis voor mijn tweedaagse wandeling door de Shinetsu. De trein naar Nagano maakt onderweg een stop van 15 minuten bij een prachtig uitzichtpunt: Obasuki. Op het station van Iiyama word ik verwelkomt door een jongeman van een jaar of 30. Hij zet me af bij het Madarao Kogen hotel waar ik de komende twee nachten verblijf. Het hotel ligt op ongeveer 1000 meter hoogte en het uitzicht onderweg is dan ook prachtig. ’s Avonds staat er een Japans diner in het Madarao Kogen hotel op het programma. Ik word overladen met informatie over mijn wandeling die morgen begint en over de highlights hier in de Alpen. Ik ga vroeg naar bed, want er staat me een intensief programma te wachten.
Dag 5 Shinetsu sectie 2 – Iiyama – Mt. Madarao
Rond een uur of 9 maak ik kennis met mijn Japanse gids met wie ik vandaag een deel van sectie 2 van de Shinetsu ga lopen. Mijn gids is een gepensioneerde man die zijn leven op rolletjes lijkt te hebben. Zijn Engels is beperkt maar hij heeft een warme uitstraling en duidelijk gevoel voor humor. Ook is er een vertaalster aanwezig: een vrouw waarvan ik vermoed dat ze in de 40 is. Gelukkig zijn ze allebei erg vriendelijk en enthousiast. De manager van het hotel zet mij en mijn twee gidsen af bij het begin punt van sectie 2: meer Akaike. Voor we aan de wandeling beginnen krijg ik een korte toelichting over wat me te wachten staat. Onze wandeling begint bij het meer Akaike en gaat via de Numanohara Wetlands naar Mt. Kenashi. De hele wandeling is 10.7 km, maar wij lopen 4 km – tot aan het meer Nozomi. Ik leg niet de hele route af omdat dat voor mij, een ex-scoliose patiënt, nogal pittig is. De wandeling van Akaike naar Nozomi is gelukkig goed te doen: het is redelijk vlak en de uitzichtspunten die we passeren zijn prachtig.
De Shinetsu trail is nog relatief onbekend onder toeristen. Onterecht, want het is een rustgevende omgeving waar je heerlijk kunt wandelen. Ik merk dat het er ook een stuk koeler is dan in Kyoto. De gidsen vertellen me dat de regio van Iiyama in de winter veel toeristen trekt; vooral veel Australiërs schijnen hier in de winter te komen om te skiën en snowboarden. Ik lunch met mijn twee gidsen bij het Akaike meer. Ik heb mijn bento (lunchbox) mee die ik gekregen heb van het hotel. De oudere man praat honderduit (in het Japans) terwijl de vrouw vertaalt wat hij zegt. Hij is weliswaar op leeftijd (hoe oud hij precies is weet ik niet, dat durf ik niet te vragen, net zomin als de vertaalster), maar hij is nog hartstikke fit; hij gaat om 8 uur ’s avonds slapen, staat om 4 uur op, en maakt dan een wandeling. De wandeling met mij is dan ook al zijn tweede wandeling vandaag. Deze man is fitter dan ik ben.
Na de lunch heb ik even tijd om uit te rusten in het hotel en me klaar te maken voor de middag. Ik ga op stap met de guide waar ik gisteravond mee heb gegeten. We rijden van het Madarao Kogen hotel naar Iiyama. Het hotel ligt op 1000 meter hoogte, maar we gaan het dal in – en daar is het die dag 34 graden. Als we rond een uur of 2 op pad gaan is het dan ook erg warm. Ik word rondgeleid door een tempel. Vervolgens rijden we door naar het Mayumi Takahashi Doll Museum. De afwisseling is welkom, want het is heerlijk koel in het museum. Zoals de naam al doet vermoeden worden hier met de handgemaakte poppen tentoongesteld. Het zijn niet ‘’zomaar poppen’’, want deze kunstwerken zijn een representatie van de locals en hun dagelijkse leven in regio van Iiyama. Het is wel wat jammer dat ik hier geen foto’s mag maken. Gelukkig is er voor de buitenlandse tourist een Engelstalige brochure zodat je de verhalen achter de poppen ook kunt begrijpen. Na het bezoek aan het museum – het tempo is vrij hoog – bezoek ik Mori no Ie, letterlijk ‘’huis in het bos’’. Hier vind je tien knusse, ietwat Scandinavische pensions die grenzen aan het bos – je loopt vanaf het pension zo het bos in. Ik krijg een rondleiding door een van de pensions. Samen met de gids maak ik nog een wandeling door het bos. We maken het niet heel lang, want ik heb immers al een wandeling erop zitten. Aan het einde van de middag drink ik nog een ijskoffie met m’n gids. Rond een uur of 6 is het bijna donker en ben ik terug in het Madarao Kogen hotel voor een prima buffet.